Even voorstellen: voor coördinator Wilma Franke geen driewieler, maar een racefiets

april 29, 2016 //

De eerste kennismaking van Wilma Franken (48) met de triathlonsport dateert al van 1985. “In die tijd was ik een fanatiek judoka en in de weekenden trainde ik op Papendal. Om ons mentale uithoudingsvermogen te trainen had de toenmalige trainer bedacht dat we elk kwartaal een kwart triathlon zouden doen. Echt blij was ik niet met deze beslissing van de trainer! En toch had het iets magisch. Je helemaal alleen er doorheen worstelen, finishte je, dan was dat helemaal alleen jouw verdienste.”

Door een ongeluk liep Wilma zo veel schade op aan haar rug en borstkas dat ze niet meer kon judoën en zelfs niet meer zwemmen, fietsen en lopen. “Ik kon op den duur die drie sporten wel weer een beetje doen, maar de magie was weg. Tot 2009. Ik had net de diagnose van twee verschillende vormen van reuma gekregen en was in het revalidatiecentrum. De revalidatiearts had geregeld dat ik in aanmerking kwam voor een aangepaste fiets. Een heel mooie rode driewieler. Ik ben, op mijn krukken,  huilend weggelopen. Ondertussen riep ik tegen de revalidatiearts dat de enige fiets die in aanmerking kwam een racefiets zou zijn. In 2011 heb ik dat waargemaakt. Ik ben als één na laatste gefinisht tijdens de 1/16e Vrouwentriathlon in Beesd, in 51 minuten en 40 seconden. 8 minuten en 20 seconden sneller dan wat ik had verwacht! Ik was terug en de magie ook!”

De jaren daarna zat deelnemen er toch weer niet in. En dus ging Wilma helpen, als lid van het vrijwilligersteam van de Vrouwentriathlon. Sinds dit jaar is ze – samen met Dorine Versluis – vrijwilligerscoördinator voor de wedstrijd in Beesd, vlakbij haar eigen woonplaats Geldermalsen. “Ook dat is een manier om de magie van de triathlon te voelen. Ik zou daarom willen zeggen tegen iedereen die dit leest: doe mee! Kom naar Utrecht of Beesd, als sporter of als vrijwilliger.”

En heeft ze zelf nog triathlonplannen voor dit jaar? “Ik heb me ingeschreven voor de kwart triathlon van Deil. Fietsen gaat prima, lopen steeds beter. Alleen het zwemmen, dat wil nog niet zo. Maar wat maakt het uit, zo lang die magie er maar is!”